Denderleeuw

Het station van Denderleeuw blinkt uit door een grillige grondvorm (basis vormt een centraal achthoekig prisma). Het octagonale gebouw vervult op het gelijkvloers de functie van wachtzaal met uitstekend zicht op de sporen. Ook de ruimte rechts dient als wachtzaal, terwijl het magazijn een minder belangrijke functie krijgt toebekleed en zich verder van het perron bevindt. Verzameling Steven De Schuiteneer.

Een zeldzame kaart van rond 1900 met zicht op de achthoekige toren van het station van Denderleeuw, ontworpen door Jean-Pierre Cluysenaar. Samen met de stations van Lede, Ternat en Zele was dit één van de vier landelijke stations die door Cluysenaar werd ontworpen. Verzameling Steven De Schuiteneer

Een prachtig zicht op het oude station (op het moment van opname had het al een nieuwe functie als postgebouw en dat tot en met de verwoesting in november 1918) van architect J.-P. Cluysenaar. Dit gebouw was immers te klein geworden. De kaart werd verstuurd naar Steendorp met de mededeling dat een reiziger "den avond van 31-8-1912 om 20.20 uur" vertrok vanuit Denderleeuw. Tijdens de nacht van 9 op 10 november 1918 werd de hele stationsbuurt gebombardeerd. Er bleef nauwelijks nog een muur rechtstaan. Verzameling Steven De Schuiteneer

Wie dagelijks van Geraardsbergen naar Denderleeuw spoort, zal de bocht links goed herkennen (inrit vanaf lijn 90 naar Denderleeuw). Zowat 100 jaar geleden waren hier zelfs nog twee overwegen inclusief wachtershuisje. Vandaag de dag staat hier nog steeds een watertoren en is de site onherkenbaar gewijzigd. Verzameling Steven De Schuiteneer.

Nog in de 19de eeuw werd duidelijk dat het Cluysenaarstation te klein was voor het grote spoorwegknooppunt Denderleeuw. De postkaart toont een laagbouw (vermoedelijk opgericht in het laatste kwart van de 19de eeuw) als tweede stationsgebouw van Denderleeuw. Verzameling Steven De Schuiteneer

Na WO I werd het verwoeste Cluysenaarstation en het tweede stationsgebouw vervangen door een nieuwe laagbouw met zadeldak. Dit station hield stand tot de aanleg van het volumineuze "nieuwe" station in 1962. Tijdens W.O. II werd het station onder vuur genomen door de Duitse bezetter en de Geallieerde troepen. Verzameling Steven De Schuiteneer

Een zeldzame postkaart (verstuurd in 1927) met zicht op de werken voor de bouw van een watertoren aan het station van Denderleeuw. De watertoren (25 meter hoog) werd gebouwd in 1925 en was voorzien van een reservoir van 300 m³. Destijds dé manier om via een leiding het water uit de Dender op te pompen naar de watertoren om de stoomlocomotieven te voorzien van water. Bemerk ook de prachtige twee-armige kandelaar op het laatste stukje van L90. De watertoren was voorzien om afgebroken te worden tijdens het weekeinde van 24 en 25 februari 2024, maar door de sterkte van de betonnen kuip mislukte dit. (artikel). Verzameling S De Schuiteneer.

Zichtkaart eind jaren 60 van het nieuwe in zekere zin futuristische station van Denderleeuw. Dit station werd rond 1966 gebouwd (architect F. Verbeemen). Het reizigersdeel (loketten, wachtzaal en buffet) staat in schril contrast met de grote blokvorm (seinhuis, technisch deel en bureau van de stationschef). Verzameling Steven De Schuiteneer

Een zicht op het station van Denderleeuw begin jaren 50. Bemerk het oude seinhuis vooraan rechts en het oude station dat in 1962 werd vervangen door een nieuw exemplaar. Op de foto zien we de sporen 1 tot en met 8. De sporen uiterst links zijn niet zichtbaar. Let op de "rechtstreeks sporen" 4 en 5 van Brussel naar Gent die in de jaren 80 definitief verdwenen. Verzameling Steven De Schuiteneer

Zicht op een eenmansschuilkelder uit W.O. II. Een uniek restant dat het spoorwegpersoneel van Denderleeuw toeliet om zich bij luchtalarm onmiddellijk in veiligheid te brengen. Ook grotere schuilplaatsen waren aanwezig. 28/12/19. Foto J.-P. Lefebvre.

Zicht op een andere eenmansschuilkelder uit W.O. II met op de achtergrond B.2 FDD die de installaties overnam van Ternat (2012), Burst, Zottegem en Ninove (2013), Aalst (2014), Geraardsbergen en Denderleeuw (2015) en Oudenaarde, Ronse en Anzegem (2017). 3 mei 2020. Foto J.-P. Lefebvre.

Ook te Denderleeuw konden het stationspersoneel en de reizigers ten tijde van W.O. II in verschillende schuilplaatsen terecht. In mei 2021 werd onderzoek uitgevoerd naar de toestand van onder andere deze eenmans-schuilkelder ter hoogte van de huidige bundel M. Het beton en de metalen verstevigingen zijn in de loop van de jaren zo aangetast dat het in feite onmogelijk is om deze bunker heelhuids te recupereren. In Denderleeuw zijn grote infrastructuurwerken voorzien (doortrekken perrontunnel naar parking), vernieuwing van de bovenleiding (bundel M) en verhoging van perrons. Foto Kristof Avonds.

Denderleeuw is van oudsher een belangrijk spoorwegknooppunt in Oost-Vlaanderen. Op 1 december 1855 kwam het traject Aalst – Denderleeuw– Geraardsbergen – Ath in dienst (la Compagnie du chemin de fer de Dendre-et-Waes et de Bruxelles vers Gand par Alost). Het oude plaatsnaambord Denderleeuw (kant Erembodegem) is een relict uit vervlogen tijden en dergelijk naambord was vaak te vinden aan de uithoeken van grote spoorwegterreinen als visuele ondersteuning voor het treinpersoneel. 23/01/23. Foto J.-P. Lefebvre.

Anno 2008 herinnert niks meer aan de ooit zo drukke autotransportactiviteiten van FDD. Laadbruggen, diesellocs met autotransportwagons, de toeristen mét hun auto, railtourrijtuigen...weg. De kale en dode plaats werd gedeeltelijk ingevuld met de bouw van een nieuw seinhuis en de aanleg van een NMBS-personeel parking. 29-11-08. Foto Ben Lanoot

Bij het buitenrijden van het station Denderleeuw naar Geraardsbergen toe maakt lijn 90 een scherpe bocht om vervolgens in rechte lijn naar Iddergem en Okegem te lopen. Bemerk uiterst links op de foto de "cul-de-sac" (=doodlopend spoor) dat dient om o.a. stookoliewagons te rangeren van één van de 2 aan het spoor aangesloten brandstofverkopers. Dit spoor werd in 2005 vernieuwd (dwarsliggers in beton i.p.v. hout). 17 juni 2006. Foto Ben Lanoot

De motorstellen type Break kwamen in 1981 op de sporen in 2-ledige bordeauxkleurige versie voor IC-diensten. Tussen 1992 en 1995 werd een derde rijtuig toegevoegd waarbij ze een grijze livrei kregen. Spijtig genoeg wordt vooral dit type geviseerd door taggers die hun kunsten erop botvieren. De 373 zet aan richting Aalst op 29 juni 2005. Foto Ben Lanoot

De stellen genummerd 595-600 (°1970-71) werden gesconstrueerd voor het verzekeren van treinen tussen de Brusselse stations en de luchthaven. Hun interieur is dan ook aangepast, in vgl met de andere klassieke tweetjes, voor de reizigers gewapend met valiezen, ski's en ander vakantiegerief. Aan de binnenwanden hingen reclameaffiches van het ondertussen terziele gegaan SABENA. Tegenwoordig worden de ex-SABENA-stellen gepooled met de andere bouwreeksen 2-ledige stellen over gans het land. De 600 en een ander stel op een lokale trein FLS-FGRA 04 mei 2005. Foto Ben Lanoot

Motorstel 565 glijdt het station van Denderleeuw binnen als omgeleide IC Tongeren - Knokke/Blankenberge. Dit modern en uiterst comfortabel materieel kwam in 1996 in dienst en omvat 120 eenheden. Hoofdzakelijk rijden ze Intercity-diensten (IC) tussen de grote steden en op internationale verbindingen (o.a. Lille-Flandres) .De vorm van de stuurstand is ontleend van Deens materieel vandaar hun bijnaam "Deense neus" 10-01-2010. Foto Ben Lanoot

Stellen van alle bouwreeksen zijn regelmatige passanten te FDD voor de regionale stoptrein-en CityRaildiensten zoals de 653M (met oude ramen) voor een stoptrein naar FGRA. 21 juni 2005. Foto Ben Lanoot

De elektrische locs van de reeks 11.8 werden in 1985 in 12 exemplaren gebouwd voor het slepen van de benelux treinen naar NL (1.5 kV). Technisch quasi identiek aan hun zusjes reeks 21 en 27, hebben ze een atypische livrei in bordeaux-geel. Na de indiensttreding van de reeks 28 (TRAXX) werden ze gedegradeerd tot het slepen van P-treinen naar en vanuit het Brusselse. FDD, 19-05-10. Foto Ben Lanoot

In tegenstelling tot andere Europese spoornetten kan je bij de Belgische spoorwegen meerdere kleurcombinaties van locs en rijtuigen bewonderen, meestal vloekend met mekaar. Uitzondering betreft de inzet van een P-trein bestaande uit M5 dubbeldeksrijtuigen (in oude kleurstelling) met een ex-Benelux loc reeks 11.8 die tevens de warme wijnrode kleurstelling draagt. Een schoolvoorbeeld hoe harmonieus en uitnodigend het zou kunnen zijn voor het oog van alle reizigers…13-05-11. Foto Ben Lanoot

Loc 1356 rijdt het station FDD binnen, gedomineerd door zijn watertoren, met een sleep I11 rijtuigen aan de haak. Van dit type rijtuig werden er 163 geleverd vanaf 1995 en kunnen tevens ingezet worden in grensoverschrijdend verkeer. Wegens een technisch defect aan de bovenleiding van de (rechtstreekse) lijn 50 te Welle werd de IC Eupen - Oostende omgeleid via Denderleeuw. 10 januari 2010. Foto Ben Lanoot

In juli 2011 kwamen de eerste locs van de reeks 18 in dienst bij de NMBS. Deze elektrische locs van Siemens (D), 5000kW sterk, worden in 120 exemplaren geleverd. Gebaseerd op de Taurus-IV familie, kunnen ze rijden onder 3 spanningen (B, NL en FR). Ze hebben de reeks 13 in de reizigersdienst verdreven, wat op zich de buitendienststelling van de oude reeksen 23 en 26 veroorzaakte. De kleurstelling is in lijn met deze van de rijtuigen ! Loc 1818 met een IC trein Genk-Gent. Foto Ben Lanoot

Locomotieven van de reeks 19 (24 stuks van geleverd in 2012 door Siemens) zijn identiek aan de zusjes van de reeks 18 behalve de koppeling, van het type GF in dit geval. Bepaalde locs van de reeks 27 hadden dit ook. Deze rijden voornamelijk op hoofdlijnen zoals bv. Oostende-Eupen met gekoppelde rijtuig stammen. FDD, 03-08-22. IC trein naar Gent St Pieters. Foto Ben Lanoot.

Aankomst te Denderleeuw van trein P 8014 samengesteld uit nieuwe M7 rijtuigen met BDx stuurstand op kop. Deze rijtuigen worden gebouwd door het consortium Alstom/Bombardier en betekenen de doodsteek voor de rijtuigen M4m en de (resterende) klassieke motorstellen. 25/08/2021. Foto Ben Lanoot.

Het slepen van de autoslaaptreinen werd verzekerd door meerdere reeksen elektrische locomotieven waaronder de reeks 20. 13 mei 2001. Foto Ben Lanoot

Loc 2132 brengt de autoslaaptrein naar St Raphaël - Valescure aan het perron op 01-09-02. Bemerk het resto-rijtuig in derde positie. Deze rijtuigen, in 4 exemplaren omgebouwd uit oude I10 rijtuigen, kwamen in dienst in de periode 2000-2001 om eind september al terug werkloos te worden bij het afschaffen van de autotreinen. Heden ten dage worden ze nog gebruikt als 'last' in meet- en testtreinen. Foto Ben Lanoot.

De M4 rijtuigen werden stelselmatig gemoderniseerd door de Centrale Werkplaats Mechelen. De opvallendste verbeteringen qua interieur zijn de verplaatsing van de bagagerekken, de plaatsing van spiegels en anders gekleurde zetelovertrekken. Het koetswerk kreeg een mooi ogende standaard kleurstelling aangemeten. Loc 2102 met een lange sleep M4 rijtuigen onder een dreigende hemel te FDD. Foto Ben Lanoot

Loc 2138 met P8016 naar Aalst. Deze trein bestaat uit oude en gereviseerde I6 rijtuigen (vereenvoudigde kleurstelling idem type Break MS). 11/05/18. Foto Ben Lanoot.

E-loc 2233 met een sleep M4 rijtuigen aan de haak komende van Brussel op 06 mei 2005. De wijnrode livrei van de M4 rijtuigen verdween in februari 2008 van de Belgische sporen. Een jaar later (eind maart 2009) verlieten ook de oerdegelijke locomotieven van de reeksen 22 en 25 het toneel. Foto Ben Lanoot

Loc 2321 (bouwjaar 1956) sleept op 19 oktober 2007 een piekuurtrein van Brussel-Zuid via Jette naar Denderleeuw en Aalst. Deze trein werd tot voor kort met rode M4-rijtuigen (van de eerste generatie) uitgevoerd (zie foto hieronder). De moderniseringsgolf van deze rijtuigen gaat onverminderd door zodat vervangingsmaterieel wordt ingezet zoals hier de I6-rijtuigen (in Memling-livrei) Foto Ben Lanoot

De rijtuigen type M4 werden geleverd tussen 1977 en 1984 in 579 exemplaren. Door hun intrede werd het startschot gegeven (1) om de typisch groene spoorweglivrei stelselmatig te doen verdwijnen uit het spoorweglandschap en (2) tot het schrappen van de oudere reeksen rijtuigen type M1, K1 en L. In 2005 werden ze grotendeels ingezet voor P-diensten zoals deze 2514 richting Aalst. De rijtuigen op de foto zijn nog steeds in hun originele bordeaux livrei zoals bij aanleveren. 13 juni 2005. Foto Ben Lanoot

Het station Denderleeuw is zoals station FGRA een spoorwegknooppunt (naar Zottegem, Aalst, Geraardsbergen, Brussel en Jette). Bijgevolg kent het een zware ochtend-en avondspits. Het gebruik van dubbelsdeksrijtuigen is dan ook noodzakelijk zoals deze IC Gent-Genk gesleept door de 2715 met M6 rijtuigen. Van dit type rijtuig (M6) werden er reeds 210 stuks geleverd door Bombardier (Brugge) anno 2005. 20 juni 2005. Foto Ben Lanoot

De elektrische locomotieven van de reeks 21 en 27 werden in de periode 1984-1988 afgeleverd door La Brugeoise et Nivelles (BN nu Bombardier)aan de NMBS. Het opmerkelijkste verschil tussen beide reeksen is het hoger vermogen van de reeks 27 (4380 kW uurvermogen tegen 3310 kW voor de reeks 21). De locs van de reeks 27 treft men dan ook meer aan aan kop van zware reizigerstreinen en /of op lijnen met een zwaar profiel (lees heuvelachtig). Foto Ben Lanoot

Een intersoctrein bestaande uit een Zwitsers rijtuig (1e positie) en Belgische I10 rijtuigen staan vertrekkensklaar met de 2621 op kop. 13 juli 2003. Foto Ben Lanoot

Loc 2722 met een P-trein uit Brussel op 3 augustus 2007 te Denderleeuw. Deze loc is sinds 08-08-2006 uitgerust met het Mux-systeem (Multiplexage) waardoor het mogelijk is om in trek/duw te werken met M6- en I11-stuurstandrijtuigen. Bij locs die uitgerust zijn met het Mux-systeem ontbreken de 3 dikke kabels vooraan de loc. Locs 2721 tot 2740 worden met deze techniek uitgerust. Foto Ben Lanoot

Met de instroom van de locs reeks 18 en 19 worden de locs van de reeks 27 met GF koppeling tevens gebruikt voor niet-IC gebonden diensten zoals de IR De Panne-Brussel Noord tijdens het weekend. Op een barkoude zondag 24-02-13 komt loc 2748 met een stam M6 rijtuigen (inclusief stuurstand) aan op spoor 4 te FDD. Foto Ben Lanoot

De rijtuigen type M5 rijden vooral tijdens de spits naar Brussel. Vanaf 1985 werden er in totaal 190 van geleverd evenals een aantal stuurstandrijtuigen (om in trek-duw te rijden). Hun comfort is echter spartaans te noemen in vgl met andere types rijtuigen. Op 05 mei 2005 rijdt zo een M5 rijtuigstam binnen te FDD zo rond 07u25. Foto Ben Lanoot

Sinds midden 2007 zet de NMBS dubbeldeksrijtuigen in mét stuurstand (M6Bx in vakjargon). Deze worden, zoals de M6 rijtuigen, gebouwd door het consortium Bombardier-Alstom. Sedert midden 2008 worden deze rijtuigen tevens ingezet op de as Genk-Gent, in combinatie met een HLE reeks 27 MUX. uitrit station FDD - kant Brussel, 30 april 2011. Foto Ben Lanoot

De K4-rijtuigen waren een buitenbeentje op het Belgisch spoor. Ze werden ingezet in P-treinen, maar sinds december 2004 stonden ze aan de kant door de instroom van nieuwe M6-rijtuigen. Al die tijd bleven onder andere in Aalst en Denderleeuw deze rijtuigen in de bundel staan. Op 19 maart 2007 werden de resterende rijtuigen te Aalst en Denderleeuw overgebracht naar Schaarbeek om zo naar hun definitief eindstation (sloper) Trier te sporen. 27 januari 2006. Foto Ben Lanoot

Foto (opnamedatum 7 januari 2004) van het interieur van een K4-rijtuig tweede klasse (bouwjaar 1969). De NMBS kocht in 1994 84 K4-rijtuigen (serie A, B, ABD) van de SNCF om P-treinen te verzekeren. Deze rijtuigen verzekerden tot eind 2004 de P-trein Geraardsbergen - Denderleeuw - Gent Sint-Pieters die 's avonds via Denderleeuw terug naar Geraardsbergen spoorde. Foto Steven De Schuiteneer

Lijn 90 is een belangrijke verbindingslijn tussen ArcelorMittal (Zelzate) en Clabecq. Naast treinen beladen met coils passeren er tevens treinen beladen met stalen platen richting Le Centre. Zo een transport rijdt non-stop door het station op 08 juni 2005 met de 2326 als trekkracht. Foto Ben Lanoot

Elektrische loc 2338 met een sleep wagens vertrekkensklaar richting FGRA op 04 mei 2005. Foto Ben Lanoot

Loc 2716 met een sleep fccpps-wagens (Rail-Pro) in Denderleeuw. Ben Lanoot kon deze zeldzame combinatie (een loc reeks 27 voor een goederentrein is een niet-alledaags zicht) vastleggen op 14 december 2006.

Hoewel Denderleeuw na Gent Sint-Pieters het belangrijkste spoorwegknooppunt is in Oost-Vlaanderen is de tijd er precies blijven stilstaan. Lage en slecht onderhouden perrons, oude stationsnaamborden en perronverlichting, een stukje betonnen afsluiting uit lang vervlogen tijden, het reeds jaren verlaten seinhuis Blok 5, je vindt het er nog allemaal. In dit decor passeert op 16 mei 2021 deze hypermoderne DB 193 333 met een omgeleide goederentrein van Zeebrugge naar Duitsland. Foto J.-P. Lefebvre.

Dieselloc 6216 van depot FKR met een stam autotransporters aan de staart van een autoslaaptrein op 22 juni 2003. Foto Ben Lanoot

Een foto uit lang vervlogen tijden. De 6226 met M3-rijtuigen te Denderleeuw. De M3-rijtuigen, afgeleid van de M2's, werden vanaf 1960 in gebruik genomen voor inzet op secundaire lijnen. Tot aan het einde van hun carrière in 1994 waren ze dan ook regelmatig te zien in onze regio. Slechts 48 stuks werden gebouwd door de Centrale Werkplaats te Mechelen. Foto Vic Van Cutsem

Station FDD was tot december 2003 de vertrekplaats van autoslaaptreinen naar Italië en Frankrijk. Naast FDD beschikt Bressoux over een speciaal laadplatform om auto's op transporterwagons te laden. Standaard werd een dieselloc reeks 62 van depot FKR ingezet om de bewegingen uit te voeren tussen de laadplaats (niet geëlektrificeerd) en het effectieve vertrekspoor van de complete trein. De 6236 wacht geduldig tot alle auto's geladen zijn aan de laadplaats (kant Aalst). 27 juli 2003. Foto Ben Lanoot

Een koersbord van een autoslaaptrein bij vertrek te FDD. 22 juni 2003. Foto Ben Lanoot

Aan een laadhelling op de goederenkoer van Denderleeuw bevond zich ooit nog een installatie voor de autoslaaptreinen die van hieruit naar het buitenland vertrokken. Dit is één deel van een gelede autowagen met dekzeil die er permanent bleef staan. De foto werd genomen eind jaren 90. Foto Kristof Avonds

Auto's konden geladen worden langs beide kanten van het platform. De mooi ogende 6250 met 2 transporters staat langs de kant Brussel te wachten. Foto Ben Lanoot

Uitzonderlijk werd een rangeerloc reeks 73 ingezet voor de bewegingen van de autotransporters te FDD. Deze krachtige en stoere diesels (Cockerill-Baldwinmotor)werden gebouwd in diverse reeksen. De 7320 behoort tot de eerste reeks (°1965-1967; 7301-7335; 550kW)en werden allemaal geschrapt in 2005 wegens slijtage en te "milieu-belastend" (aspotten). 07 september 2003. Foto Ben Lanoot

Een opname van de 7358 tijdens het koppelen van het "autogedeelte" aan de passagierswagons op 01 september 2003. Foto Ben Lanoot

Loc 7358 van depot Merelbeke (FKR) rangeert autotransporters van de "Narbonne" slaaptrein onder het goedkeurend oog van de loc 2012 die op het spoor ernaast eventjes van wat rust geniet. FDD, 01-09-2002. Foto Ben Lanoot

Goederentreinen met eindbestemming Antwerpen komende via lijn 90 worden afgeleid naar de bundel om de locs te laten omrijden. Na het terug aankoppelen en de verplichte remtest kan de trein zijn weg verder zetten naar Brussel. Dit gebeurde o.a. met de suikertrein Brugelette-FDD-Antwerpen Wilmarsdonk tijdens de bietencampagne. UM 7838+7848 op 8 oktober 2005. Foto Ben Lanoot

Tijdens de maand juni 2005 werden er extra steenslagtreinen ingelegd tussen Lessines (lijn 90B) en de HST werf naar Nederland. Locs van de reeks 77 (depot Antwerpen Noord) werden ingezet voor deze taak. Loc 7843 en een zusterloc staan te wachten op een groen vertreksein richting Brussel. 8 juni 2005. Foto Ben Lanoot

De rijtuigen M2 (zie FGRA) konden zowel met stoom als elektrisch verwarmd worden, zodat ze ook op niet-geëlektrificeerde lijnen ingezet werden (zie FGRA en Viane-Moerbeke). Ter gelegenheid van een speciale rit van ABC motoren uit Gent (ingebouwd in diesellocs reeks 77) werd een dieselloc reeks 55 ingezet als mobiele stroomgenerator. Deze locs, met een mooie blauwe livrei, hadden de Luikse regio als werkterrein voor het slepen van reizigers-(L42) en later goederentreinen (L24). Foto Ben Lanoot

Op 13 mei 2006 reed de sproeitrein tussen Merelbeke en Brussel-Zuid. Deze onkruidverdelgingstrein maakt via verstuiving de sporen (inclusief dienstwegen en voetpaden) onkruidvrij. De trein rijdt tegen een snelheid van 50 tot 60 km/u. De hoofdsporen worden tot 2 keer per jaar behandeld : in de lente systematisch en op het einde van de zomer volgt een tweede behandeling op lijnen met aanzienlijke vegetatieproblemen. Foto Ben Lanoot

Een stoomloc te FDD? T.g.v. de Marinedagen te Zeebrugge werd de enige rijvaardige stoomloc van de NMBS (de 29013) van stal gehaald te Schaarbeek en gekoppeld aan een stam museum K-rijtuigen. Tijdens een dienststop (smeren) werd deze Canadese krachtpatser gefotografeerd in de ochtendmist van 9 juli 2005. Foto Ben Lanoot

Vergankelijkheid bestaat tevens op het spoor. De diesellocs van de reeks 51 waren regelmatig te zien te FDD in de 20e eeuw voor het slepen van passagiers-en goederentreinen. Loc 5166 ontsnapte echter aan de snijbrander na haar buitendienststelling in 2002 en werd voortreffelijk gerestaureerd door het personeel van Antwerpen Noord. In 2005 kreeg ze opnieuw haar groene jasje versie 1970. Op de foto hangt ze aan de staart van een extra trein naar Zeebrugge t.g.v. Marinedagen op 9 juli 2005. Foto Ben Lanoot

Rijtuigen voor reizigersvervoer worden bij de NMBS ingedeeld in verschillende klassen (en subklassen) zoals K (1-2-3-4), L, M (1-2-3-4-5-6) en I rijtuigen. Van deze laatste werden ook verschillende bouwreeksen op de sporen gebracht (I 1-2-3-6-10-11) o.a. voor grensoverschrijdend verkeer. Op de foto I-10 rijtuigen, geleverd in 95 exemplaren tussen 1986 en 1988, voor een speciale rit met loc 5166 (eigendom van de NMBS-Holding) op kop. Ze worden vooral ingezet voor P-trein diensten. 14 december 2006. Foto Ben Lanoot

Een motorwagen type 551 (°1939) werd van onder het (Leuvense) stof gehaald en tentoongesteld te FDD op 22-12-96. Van deze ‘kleine Brossel’ werden er in totaal 56 gemaakt: 127 pk sterk en aan 47 mensen een plaats biedende. Gezien de duizelingwekkende maximale snelheid van 58km/u werd dit type motorwagen dan ook ingezet op secundaire, landelijke lijnen. Ze werden geschrapt op 08-06-1962. Eén exemplaar (nr 48) hieruit werd opgenomen in het Historisch Patrimonium van de NMBS. Foto Ben Lanoot

In samenwerking met het Stoomcentrum Maldegem organiseerde de NMBS een tentoonstelling van treinmaterieel op spoor 2 te Denderleeuw n.a.v. 150 jaar lijn 50 op 10 september 2006. Vanuit Maldegem vertrok een konvooi bestaande uit loc 8040, 4403, Cinemarijtuig 41 en een M1-rijtuig. In Merelbeke vergezelden de 7804, 7716 en de 6306 (uit Kinkempois !) het gezelschap. Het geheel werd hier gefotografeerd bij het binnenrijden van het station van Denderleeuw. Foto Steven De Schuiteneer

Na het ontkoppelen van loc 8040 en het binnenlopen van stoomloc 29.013 met loc 5166 kon deze foto gemaakt worden. Twee generaties diesellocomotieven van de Belgische Spoorwegen op 10 september 2006 broederlijk naast mekaar vereeuwigd nl. de reeks 51 en 77. Het gestroomlijnde profiel van de 5166 is duidelijk zoek bij de moderne doch zeer functionele loc 7804. De reeks 77 staat immers in voor zowel lijndiensten als rangeerwerk. Foto Ben Lanoot

Een uitzonderlijke treinsamenstelling rijdt op 26 september 2021 door het station Denderleeuw. 7757 sleept 1503, een TEE-rijtuig, 6406 en een oud postrijtuig. Achteraan loopt ook nog 7861 mee. Foto. J.-P. Lefebvre.

In 1996 werd de dertigste verjaardag van de laatste stoomtreinrit tussen Aat en Denderleeuw uitbundig gevierd met tal van festiviteiten. In de stations werden allerlei activiteiten georganiseerd om te herdenken dat de stoompluim 30 jaar eerder voor goed verdween. Tijdens het weekend van 21 en 22 december 1996 was zowel stoom als modern materieel in actie te zien tussen Aat en Denderleeuw. Verzameling Ben Lanoot.